Het is inmiddels een specialisme van me geworden: angst oplossen. De afgelopen maanden heb ik cliënten geholpen met o.a. hoogtevrees, presentatie-angst, faalangst en angst voor bloed, ook wel hematofobie genoemd. En hoe doe ik dat dan?
Voor deze coachvragen werk ik altijd met NLP-technieken. NLP staat voor Neurolinguïstisch Programmeren en deze stroming houdt zich bezig met hoe mensen informatie opnemen, zich hier intern een voorstelling van maken, hoe ze het vertalen of interpreteren en vervolgens verwerken in hun communicatie en gedrag. NLP kijkt ook naar het ontstaan van patronen en processen in ons minderbewuste gedrag en denken. Deze NLP-technieken geven altijd veel inzicht in de hindernissen die mensen opwerpen en de oorzaken van de angst.
Iedereen kent het wel: je wekkerradio of smartphone maakt je wakker met een liedje en dit liedje achtervolgt je de rest van de ochtend. Komt steeds opnieuw in je hoofd. Omdat je als je net wakker bent nog in een minderbewuste toestand bent, sluipt dit liedje jouw minderbewuste breindelen in. De capaciteit van dit ‘onbewuste’ is veel groter dan dat van ons ‘bewuste’ denken. Je zou het kunnen vergelijken met de capaciteiten en opslagruimte van een netwerkserver versus een laptop. En deze krachtige onbewuste patronen en processen die een rol spelen bij angst haal ik bij mijn cliënten naar boven en gaan we samen herprogrammeren.
We beginnen altijd met het definiëren en beschrijven van de angst. Hoe begint het? Wat is de trigger? Wat zie je? Wat hoor je? Hoe voelt het? En belangrijk: Waar in je lichaam merk je het vooral? Het leuke is dat iedereen deze laatste vraag altijd direct kan beantwoorden en deze informatie gebruik ik later weer om te checken of de angst ook daadwerkelijk is verminderd.
Als old-school NLP-master werk ik (indien mogelijk) altijd staand met mijn cliënten en maak actief gebruik van de ruimte. We plaatsen samen grondkaarten om het proces in kaart te brengen en terug in de tijd te kunnen zoeken naar ervaringen die hebben bijgedragen aan (het ontstaan van) de angst. En hier komt het: de vroegste ervaring is de belangrijkste! Bij veel cliënten komen we uit bij een gebeurtenis rond het 6e levensjaar. Ik herinner me een cursiste van mijn communicatietraining die me vertelde dat zij, net verhuisd, alleen naar binnen moest in de nieuwe school naar de nieuwe klas, omdat haar moeder haar jongere zusje naar de kleuterschool bracht. Zij heeft een hele week onder tafel gezeten. Haar klasgenoten vonden haar raar en iedereen kan zich voorstellen hoe dit heeft geleid tot haar Podiumvrees.
Het is niet altijd één bepalende gebeurtenis. Soms zijn het er meer en soms zijn er twee sporen die zich later verknopen en de angst alleen maar groter maken. In dit voorbeeld had deze vrouw nog een onprettige ervaring in dezelfde klas: een spreekbeurt over Katten die in het honderd liep omdat haar kat, die ze had meegenomen, uit haar armen sprong en zich niet meer liet pakken. Deze tweede ervaring versterkte haar gevoel: ‘als ik in het middelpunt van de belangstelling sta, dan loopt het niet goed af’.
Een ander mooi voorbeeld is een cliënt die last heeft van Hoogtevrees en hier graag vanaf wil in verband met werk en skivakanties. Hij is als 5-jarige met zijn vader meegegaan naar een Open Dag van de werkgever van zijn vader. Hij heeft daar op een hele hoge toren naar beneden gekeken en kreeg toen een heel akelig, bang gevoel. Later is hij als 8-jarige op een speeltoestel met een loopbrug heel onverwacht achterover door een gat gevallen. Vorig jaar stond hij op de skipiste bovenaan een helling en keek naar beneden (hoogte) en zag dat de afrastering van de piste kapot was (gat). Deze combinatie maakte dat hij helemaal blokkeerde en niet meer verder durfde. Dus ski’s uit en naar beneden wandelen.
Je brein signaleert iets in een situatie (bijvoorbeeld 'mensen die naar me kijken en lachen') en koppelt er een gevolg en gevoel aan: 'dit is niet prettig, ik voel me alleen en ben bang, dit loopt niet goed af'. Of Hoogte + Gat = 'akelig gevoel, daar komen ongelukken van'. Stel: je gaat volgend jaar weer op wintersport en komt in een vergelijkbare situatie terecht dan zegt je minderbewuste serverbrein: ‘Check, dit ken ik, en heb ik al opgeslagen in de directory hoogtevrees en daar hoort bij: akelig gevoel, geen controle meer over mijn spieren, daar komen ongelukken van.’ Hoe meer je deze ‘angst-directory’ activeert, hoe sterker de angst kan worden. En dat gebeurt ook al door er steeds aan te denken, aan die presentatie die op stapel staat, aan die hoge bergen en diepe dalen. Belangrijk dus om de angst zo snel mogelijk te verminderen.
Maar hoe los je dat dan op?
Na het traceren van de meest invloedrijke gebeurtenissen die hebben geleid tot de angst, ga ik samen met de cliënt deze vroege ervaringen ‘herprogrammeren’. We maken als het ware een nieuwe virtuele film met beeld en geluid waar de cliënt wel een goed gevoel bij heeft. We veranderen de omstandigheden, we laten een nieuwe hoofdrolspeler toe als deze persoon de situatie voor de jonge versie van de cliënt kan verbeteren en voegen dus elementen (hulpbronnen) toe die de angst verminderen. Nu is het voor mij als coach heel belangrijk om steeds het proces bij de cliënt goed te volgen: verandert zijn of haar gezichtsuitdrukking, spierspanning, gelaatskleur, ademhaling en stemgebruik. En pas als ik tevreden ben over de rust en ontspanning die ik opmerk dan lopen we letterlijk door naar de volgende traumatische gebeurtenis.
Aan het eind van de sessie check ik altijd met een geplande vergelijkbare situatie in de toekomst hoe de client hier nu op reageert. En vraag dan voor hoeveel % de angst is verminderd ten opzichte van het oorspronkelijke angstgevoel. Uiteraard moet iemand het zelf nog daadwerkelijk in de praktijk gaan ervaren, maar in het algemeen rapporteren cliënten een angst-afname van 50% tot 80%. Waarbij ik altijd de opmerking maak dat een lichte vorm van spanning zorgt voor alertheid. Dus bij Presentatie-angstmoet er nog wel een stuk gezonde spanning overblijven die zorgt dat je je goed voorbereidt en je alert en betrokken houdt. Dit geldt ook voor werk op grote hoogte of wintersport, anders word je misschien roekeloos!
In het algemeen is één sessie voldoende om de angst op te lossen tot een acceptabel en werkbaar niveau. Een prachtig voorbeeld hiervan is een jonge vrouw met een Bloedfobie die zich nu heeft aangemeld voor de opleiding Medische Hulpverlening. Bij Podiumvrees of Presentatie-angst: los eerst je angst op en ga dan pas aan de slag met het ontwikkelen van je presentatie-skills. Faalangst is vaak wat hardnekkiger en heeft twee of drie sessies nodig.
Wed, 03 May